Frisse parel couscous salade met groene asperges en tuinbonen

Frisse parelcouscous salade met groene asperges en tuinbonen

Deze frisse parelcouscous salade met groene asperges en tuinbonen eet ik graag tijdens de hittegolfdagen zoals we die de afgelopen paar weken hebben gekend, omdat dit maaltje zo lekker fris en groen is. Maar ik eet ‘m net zo lief tijdens minder warme dagen omdat deze salade ook nog eens goed vult omdat ie niet alleen uit vederlichte groene blaadjes sla bestaat. Met een stukje vis erbij heb je dan een prima diner waar de je rest van de avond op kunt teren. Een parelcouscous salade naar mijn hart dus: multi-inzetbaar en het hele jaar door lekker. Afhankelijk van het seizoen gebruik je tuinbonen uit de diepvries of verse bonen. In het laatste geval dop je die eerst even met de zon op je bol in de tuin (of op je balkon).

Met een spiksplinternieuwe baby in je leven heb ik, naast slaap, vooral veel behoefte aan snel te bereiden en makkelijke maaltijden die ook nog eens voedzaam zijn. Deze parelcouscous salade is daar een goed voorbeeld van: veel groente en staat binnen een kwartier op tafel. Behalve enorme behoefte aan goed fastfood uit eigen keuken horen korte blogposts kennelijk ook bij een veeleisend klein meisje. Ik word nu namelijk gesommeerd mijn laptop dicht te klappen en haar onverdeelde aandacht te geven. Doei!

Frisse parel couscous salade met groene asperges en tuinbonen
Frisse parelcouscous salade met groene asperges en tuinbonen

Ingrediënten voor 4-6 personen

200 gram parelcouscous

300 gram groene asperges

300 gram gedopte tuinbonen (vers of uit de diepvries)

100 gram feta

Handje fijngehakte platte peterselie

Blaadjes van 2 takjes munt, fijngehakt

Sap van een halve citroen

Olijfolie

Zout & peper

To do:

Zet een grote pan met gezouten water op het vuur en breng aan de kook. Voeg de parelcouscous toe en kook gaar in ongeveer 7 minuten (of volg de instructies op de verpakking). Giet af, besprenkel met een beetje olijfolie en laat afkoelen.

Ondertussen zet je nog een pan water op het vuur (zonder zout, zo blijft de groente mooi groen). Snijd de tips van de asperges en leg die apart. Het overige deel van de asperges snijd je in kleine stukjes van ongeveer 1.5/2 centimeter.

Wanneer het water kookt voeg je als eerst de tuinbonen toe. Laat ongeveer 4 minuten koken en voeg dan de stukjes asperge toe, behalve de tips. Laat 1-2 minuten koken en voeg als laatste de tips toe die je nog ongeveer een minuut meekookt. De bonen en asperges moeten nog een fijne bite hebben. De exacte kooktijd hangt van de grootte van je tuinbonen en asperges af: houd de boel dus goed in de gaten. Giet vervolgens af, spoel af met koud water en laat uitlekken in een vergiet.

Schep de tuinbonen en asperges door de parelcouscous. Hak de peterselie en munt fijn en voeg toe. Knijp het sap van een halve citroen uit en besprenkel de salade met ongeveer 3 eetlepels olijfolie. Verkruimel de feta en voeg toe. Schep de parelcouscous salade goed om en breng op smaak met zout, peper en eventueel wat extra olijfolie of citroensap.

Frisse parel couscous salade met groene asperges en tuinbonen
Frisse parelcouscous salade met groene asperges en tuinbonen: snel, makkelijk, gezond en veeleisende-baby-proof 🙂

 

Caesar salade

Caesar salade van Ferran Adrià

Een simpele caesar salade kan me ontzettend blij maken. Of ontzettend ongelukkig. Want hoewel de caesar salade zo ongeveer in elk restaurant op de menukaart prijkt weten veel middelmatige chefs er toch nog iets van te maken om van te huilen. Want hoe vaak wordt deze salade, die dus zo goddelijk is door eenvoud, onnodig gecompliceerd met allerlei toeters en bellen? Hoe vaak is de saus wel niet gemaakt van mayonaise uit een emmertje? Yikes. Bijzonder zonde, omdat het bij een caesar salade wat mij betreft draait om de saus.

Mijn favoriete caesar salade is van niemand minder dan Ferran Adrià die enige tijd geleden een kookboek uitbracht, die de meneer thuis van Sinterklaas overhandigd kreeg. Een topboek waarin Adrià niet zo zeer zijn toverkunsten uit El Bulli uit de doeken doet, maar de lezer degelijke menu’s voorschotelt met een gorot aantal basisrecepten. Met zijn hulp konden de meneer en ik onze tomatensauzen en bouillons fine-tunen en hebben we het beste recept voor de caesar salade ontdekt: no nonsense en met slechts een paar ingrediënten. Zorg er wel voor dat die van goede kwaliteit zijn, want ondanks dat dit recept van Adrià’s hand is: met flutkaas en slappe sla gooi je geen hoge ogen. Dus sla die paar goede producten in en maak deze simpele caesar salade voor je lief. Daar wordt hij/zij blij van. En jij ook.

Caesar salade: simpel & klassiek
Caesar salade: simpel & klassiek

Ingrediënten voor 2-3 personen

200 gram bindsla of romaine

½ teen knoflook

3 ansjovisfilets op olijfolie, uitgelekt

2 eierdooiers

2-3 theelepels sherryazijn

3 eetlepels zonnebloemolie + 1 theelepel

40 gram Parmezaanse kaas, geraspt

Twee handjes croutons

Indien je de croutons zelf maakt:

4-5 sneeën oud wit brood, zonder korst en in dobbelsteentjes gesneden

3 eetlepels olijfolie

To do:

Voor de zelfgemaakte croutons meng je de stukjes wit brood met de olijfolie en bak je die in tien minuten goudbruin in een voorverwarmde oven op 190 graden.

Voor de dressing van de caesar salade doe je de knoflook, eierdooiers en ansjovisfilets in een hoge kom of beker. Maak er met een staafmixer een gladde massa van. Voeg dan, terwijl je door blijft mengen, beetje bij beetje de zonnebloemolie toe, gevolgd door de sherryazijn. Er moet een gladde saus ontstaan die op mayonaise lijkt. Roer dan de helft van de Parmezaanse kaas erdoor.

Snijd de sla in stukken van ongeveer 4 centimeter. Doe de sla in een grote kom en maak aan met de saus. Schep eventueel op een dienschaal of een groot schoon bord en bestrooi met de overige Parmezaanse kaas en croutons. Serveer meteen.

Caesar salade: gegarandeerd succes door Ferran Adrià
Caesar salade: gegarandeerd succes door Ferran Adrià
Koude doperwtensoep met munt

Verfrissend: koude doperwtensoep met munt

Wanneer ik aan vrienden vertel dat er koude doperwtensoep met munt op het menu staat om een gezellig avondje eten mee af te trappen zijn de reacties meestal ietwat lauw. Je weet dat wanneer ze reageren met een “aha, interessant,” of een “koude doperwtensoep met munt,..goh..”, in plaats van gejuich en een “oh jaaa, daar heb ik zin in!”

Doperwtensoep klinkt kennelijk niet sexy en al helemaal niet wanneer het om een koude variant gaat, zo heb ik me laten vertellen door diezelfde vrienden die na het drinken van zo’n kopje felgroene soep zo ongeveer de liefde aan het spul verklaarden en hun gebrek aan enthousiasme voorafgaand aan het maal berouwden. Want deze koude doperwtensoep met munt is lekker. En bovendien een classic combo: munt en erwten zijn gewoon gemaakt voor elkaar. Door de soep te zeven en ijskoud te serveren is hij een bijzonder verfrissende opkikker in de zomer die wat mij betreft met kop en schouders boven de gazpacho uitsteekt. En ik vind die groene kleur wél sexy en het drinken of oplepelen ervan geeft met ook nog eens een gezond gevoel- een welkome tegenhanger voor al het festivaleten dat ik de laatste week naar binnen werk.

Ik raad je aan deze koude dopertwensoep met munt een dag van te voren te maken, zodat ie goed kan afkoelen in de koelkast en de smaken zich nog beter ontwikkelen. Het recept is voor een flinke pan, waar zelfs de meneer en ik (die ieder voor twee eten) twee dagen van kunnen eten (als voorgerecht dan).

Ingrediënten voor 4-6 personen (voorgerecht of lunchgerecht)

1,5 kilo doperwten uit de diepvries

2 uien, fijngehakt

35 gram muntblaadjes

1 theelepel suiker

2 liter groentebouillon

Zout en peper

olijfolie

optioneel: room

Extra: fijne zeef

To do:

Zet een grote soeppan op het vuur met een flinke scheut olijfolie en laat goed warm worden. Draai het vuur middelhoog, voeg de gesnipperde uien toe en bak in een paar minuten glazig (niet bruin).

Giet de groentebouillon bij de ui en beng aan de kook. Zodra het water kookt voeg je de bevroren erwten en de suiker toe. Wacht tot de bouillon weer kookt, check of de erwten gaar zijn en draai dan het vuur uit. Voeg de muntblaadjes toe en breng op smaak met zout en peper. Pureer de soep in een blender of met een staafmixer.

Pak een zeef, leg die op een schone grote pan en schenk de soep uit. Zeef de soep en gebruik een grote lepel om al het vocht (en smaak!) uit de doperwten en munt te halen. Wat je overhoud is een prachtige groene soep. Proef de soep en voeg eventueel wat extra zout en peper toe.  Zet afgedekt in de koelkast en laat bij voorkeur een hele nacht staan. Serveer de koude doperwtensoep met munt indien gewenst met wat room. Een stukje brood erbij kan ook geen kwaad.

Koude doperwtensoep met munt
Koude doperwtensoep met munt

Zin in nog meer doperwten? Bekijk dan eens dit recept.

Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado

Foodblogswap: Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado

Voordat je het recept voor deze zomerse salade met gerookte kip, mango en avocado onder ogen krijgt het volgende: ein-de-lijk doe ik dan mee aan de onder foodbloggers welbekende foodblogswap. Dit is een maandelijks terugkerende uitwisseling van recepten onder foodbloggers: je geeft je op, krijgt een blog toegewezen en dan mag je daar een lekker recept van uitkiezen om zelf te koken, waar je ook je eigen draai aan dient te geven. Een fijne uitdaging en een goede manier om andere mooie foodblogs te ontdekken. Een leuke klus dus!

Hoewel ik al tijden watertandend naar creaties van andere foodblogswap-deelnemers gluurde, kwam het er steeds maar niet van om zelf mee te doen. En dat is geheel aan mijn eigen chaotische organisatie te wijden: hoe strikt ik ook ben in het plannen en halen van deadlines in het dagelijks leven, als foodblogger blink ik daar geloof ik wat minder in uit. Maand in maand uit nam ik me voor om me op te geven, maar keer op keer kwam ik zodra ik me wilde opgeven erachter dat de inschrijving net gesloten was- zucht. Deze maand is dus een unicum, want ik had me op tijd geregistreerd- hoera, hoera- én meteen heel georganiseerd een kruis in mijn agenda gezet op een in het verschiet liggende vrije middag, zodat ik een mooi gerecht van de fijne foodblog Great Little Kitchen kon uitzoeken en kokkerellen.

En dat mooie gerecht vond ik: een zomerse salade met gerookte kip, mango en avocado. Blogger Stéphanie geeft aan dat het mooie weer om een salade vroeg en dat vond ik vandaag nou ook. De drukkende hitte in Amsterdam was de afgelopen dagen niet te harden en behalve op ijsjes en water leef ik deze dagen dan ook bij voorkeur op goede verfrissende salades. Maar ze moeten wel vullen, bite hebben en bomvol smaak zitten. De salade met gerookte kip, mango en avocado van Stéphanie is daar het perfecte voorbeeld van: lichtzoet door de mango, het zacht romige van de avocado, body door de rokerige kip en een goede crunch door de cashewnoten. Ik heb de salade een Sesu-twist gegeven door er een Aziatische variant van te maken. Ik heb wat bosui en knapperige taugé toegevoegd, frisse koriander en een tangy dressing van chilisaus, vissaus en limoen. De eikenbladsla en rucola die Stéphanie in haar recept gebruikt heb ik vervangen door veldsla- puur omdat ik een rucola-overkill had door de grote hoeveelheid salades die ik de afgelopen dagen al naar binnen heb gewerkt. Zoals je ziet is het een kleurrijke salade geworden: een zomervakantie op je bord wat mij betreft!

Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado
Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado

Ingrediënten voor 4 personen

150 gr veldsla

2 bosuitjes, in dunne ringetjes gesneden

150 gr gerookte kipfilet, in reepjes

½ mango, in blokjes

1 avocado, in reepjes

50 gram taugé

200 gr cherrytomaten, gehalveerd

Een handje ongezouten cashewnoten, en een beetje extra

Een handje koriander, fijngehakt

Zout en peper

Dressing

1 theelepel zoete chilisaus

2-3 theelepels vissaus

2 theelepels plantaardige olie

Sap van een halve limoen

To do:

Doe de reepjes gerookte kipfilet, avocado, mangoblokjes, cherrytomaten, helft van de ringetjes bosui, de cashewnoten en taugé in een grote kom. Leg de veldsla erbovenop zodat de blaadjes niet meteen slap worden door het vocht van de mango en cherrytomaatjes.

Pak een klein kommetje en meng daarin de zoete chilisaus, vissaus, olie en limoensap. Roer goed door en giet over de salade en bestrooi met een beetje zout en flink wat peper. Meng de salade voorzichtig door elkaar. Dit gaat het makkelijkste met je handen zodat je de zachte mango en avocado niet in moes verandert. Proef de salade en breng eventueel verder op smaak met zout, peper of limoensap. Schep de salade op een schaal en bestrooi met wat extra cashewnoten, de rest van de bosuitjes en de fijngehakte korianderblaadjes.

Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado
Aziatische salade met gerookte kip, mango en avocado: een groot smaakfeest tijdens de zomer!

 

 

 

Quinoa salade met geroosterde bloemkool

Quinoa salade met geroosterde bloemkool en courgette

Bij deze quinoa salade geen lollig verhaaltje, gezeur over mijn drukke leven of gewauwel met betrekking tot mijn politieke haat-liefde verhouding met het zogeheten supergraan uit de Andes. Als je zin hebt in dit laatste verwijs ik je hier naartoe. Wil je gewoon een gezond maal op tafel plempen, blijf dan hier. Deze quinoa salade zorgt namelijk voor een goede start van de (werk)week en vult eventuele in het weekend opgelopen groentetekorten weer in één keer aan.

Mijn groentetekort ontstond dit weekend door de vrijdagmiddagborrel tot 1 uur ’s nachts te laten duren, wat betekende dat ik op een halve (ultradunne) flammkuchen na enkel een liquid dinner tot me had kunnen nemen en dus met een brullende maag naar huis fietste. Gelukkig kon ik vlak voor thuiskomst een pannenkoek op de kop tikken bij de plaatselijke nachtwinkel (ja, dat kan daar). Prima naar binnen te werken, zo’n ding, maar ik kon die dag dus wel naar mijn groenten fluiten. Dat gold ook voor zaterdagavond, die voornamelijk uit borrelhapjes (en de bijbehorende borrel) bestond. Gisteren heb ik op mijn vrije zondagochtend mezelf-  en een grote supermarkt- heel blij kunnen maken door de groenteafdeling leeg te kopen om onder andere deze snelle en gezonde quinoa salade te kunnen maken. En je weet het, ik hou niet van een slap slaatje, dus er moest wel genoeg lekkers in, zoals geroosterde bloemkool en ui, frisse courgette en knapperige kropsla.

De umpf van deze quinoa salade zit ‘m in de dressing van gepofte knoflook en citroen, en een flinke hoeveelheid feta en peterselie. Ja, dit vind je lekker! En buiten dat het een gezond groentefeest op een bordje is, is deze salade ook helemaal Meatless Monday proof. Goede start van de week toch?

Quinoa salade met geroosterde bloemkool
Quinoa salade met geroosterde bloemkool, courgette, avocado en een garlicky dressing

Ingrediënten voor 3-4 personen

200 gram quinoa

500 gram bloemkool, in kleine roosjes gesneden

1 ui, in ringen gesneden

3 tenen hele knoflook (ongepeld)

200 gram courgette, brunoise gesneden

150 gram kropsla, in reepjes gesneden

3 eetlepels gehakte platte peterselie

sap en rasp van een halve tot hele citroen

150 gram feta

1 rijpe avocado

Olijfolie

Zout en peper

optioneel: dikke yoghurt met wat peterselie en munt om erbij te serveren

To do:

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Kook de quinoa volgens de verpakking. Giet af en zet apart.

Bedek een bakplaat met bakpapier en leg er de ui, tenen knoflook en bloemkoolroosjes op. Besprenkel met een eetlepel olijfolie, bestrooi met zout en peper en rooster 20 minuten in de oven. Schep af en toe om.

Wanneer de bloemkoolroosjes lichtbruin zijn geroosterd en de knoflooktenen zacht zijn haal je de bakplaat uit de oven. Knijp de tenen knoflook uit in een vijzel of kom. Voeg een flinke snuf zout, rasp en sap van een halve citroen en twee flinke eetlepels olijfolie toe. Meng tot een dunne pasta. Proef of er nog zout, olie of citroen bij moet.

Giet de dressing over de quinoa en meng goed door elkaar. Voeg de ui, bloemkool, courgetteblokjes en kropsla toe en meng door elkaar. Breng op smaak met zout, peper en eventueel wat extra citroensap. Verkruimel de feta en meng door de quinoa salade. Verdeel de salade over borden. Snijd een avocado in schijfjes en leg op de quinoa salade. Bestrooi tenslotte met peterselie en besprenkel met wat extra olijfolie. De salade eet extra lekker weg met een goede schep dikke yoghurt die wat op smaak is gebracht met zout, peper en wat gehakte munt en peterselie.

Quinoa salade met geroosterde bloemkool
Quinoa salade met geroosterde bloemkool, courgette en avocado: vega krachtvoer!

Leftovers passen prima in je lunchbox voor de volgende dag!

Snelle kippennoedelsoep met paksoi

Snelle kippennoedelsoep met paksoi

Helaas staat bij mij mijn keukentijd de laatste tijd enkel in het teken van de bereiding van supersnelle gerechten terwijl ik ondertussen nog met iets anders bezig ben, of slechter nog: afhaalmaaltijden waar het vet vanaf druipt en je bloedvaten meteen van dichtslibben. Deze kippennoedelsoep met paksoi valt gelukkig in de eerste categorie en die heb je daadwerkelijk binnen een kwartier op tafel nadat je een werkdag achter de rug hebt, je huis aan het schilderen bent en ondertussen aan verschillende instanties doorgeeft dat je ergens niet meer woont. Want ja, ik was door mijn verhuizing (naar een huis waar ik feitelijk al jaren meubilair was- lang verhaal) op het romantische idee gekomen om zo vlakvoor mijn officiële intrek het hele huis ook nog even zelf te gaan schilderen, het plafond incluis- zie mij maar als een soort hond die snel zijn territorium wil afbakenen of zo.

Dat 100 vierkante meter witten in twee dagen wel erg voorbarig was en ik nogal van de koude kermis zou thuiskomen had je me op een briefje mee kunnen geven. Maar ik ben er. Het is af. Dit heeft me dus gezellige kokkereltijd gekost, evenals smerige pizza’s (die ik overigens wel meteen verslond). Het enige gerecht dat in deze roerige tijd foto- en blogwaardig was is dan ook deze kippennoedelsoep met paksoi. Ik zeg het je eerlijk: het is geen life-changing soep waar je je moeder meteen over moet opbellen, ook geen smaakbom die je nog dagen bij blijft. Maar deze kippennoedelsoep is wel dé soep om te maken wanneer je hongerig en uitgeput bent en wel iets gezonds en voedzaams wilt eten. Ben je binnenkort heel druk en heb je schilder- of andere verbouwingsklusjes op het program? Plan deze soep in, je zal me dankbaar zijn. Of huur een klusjesman in, dat kan natuurlijk ook.

Ingrediënten voor 2 personen

1 kipfilet, in dunne reepjes gesneden

1 grote paksoi, in grove stukken gesneden

900 milliliter kippenbouillon

een halve theelepel maizena

een halve theelepel baksoda

een kleine duim gember, in plakken en dan julliennne gesneden

100 gram eier- of rijstnoedels

50 gram shiitake paddenstoelen in reepjes gesneden

1 ei

zout en peper

optioneel: chilisaus

To do:

Bestrooi de reepjes kipfilet met baksoda, maizena en zout en peper. Zet apart.

Bereid de noedels, spoel af met koud water en zet apart.

Zet ondertussen een soeppan met wat plantaardige olie op het vuur en laat heet worden. Bak de kipfilet reepjes in een mintuut op middelhoogvuur goudbruin. Voeg de gember en shiitakes toe en schep om. Bak nog een minuut door en schenk de bouillon in de pan en breng aan de kook.

Kook ondertussen in een andere pan een ei.

Voeg de stukken paksoi toe en laat in 3-5 minuten iets slapper worden, maar zorg dat de groente nog steeds wat bite heeft. Proef de soep en breng op smaak met zout en peper. Voeg op het laatste moment de noedels toe, warm goed door en schep dan de kippennoedelsoep in kommen. Snijd het ei doormidden en leg in de soep. Serveer met chilisaus.

Dit recept is gebaseerd op één van de leuke recepten uit het boek van The Dumping Sisters. Lees mijn review hier.

Snelle kippennoedelsoep met paksoi
Snelle kippennoedelsoep met paksoi
Koreaanse aubergine salade

Koreaanse aubergine salade (gaji namul)

Na een lang weekend vol paaseieren en chocoladehazen is wat lichter lentevoedsel uit het Korean Food Lab ook wel even fijn. Deze simpele Koreaanse aubergine salade, gaji namul, is een licht maar smaakvol bijgerecht (banchan) om tijdens een Koreaans diner op tafel te zetten. In combinatie met andere kleine Aziatische gerechten doet de gaji namul het ook goed- dit heeft Julius Jaspers van (onder andere) het restaurant HappyHappyJoyJoy ook ontdekt waar deze banchan op de menukaart staat. De gaji namul maak je ook heel eenvoudig thuis, dus je hoeft er niet persé naar Jaspers’ restaurant voor af te reizen. De aubergines worden kort gestoomd en daarna gemengd in een eenvoudige saus op basis van knoflook, gochugaru (rode pepervlokken) en sojasaus. Easy- en je bepaalt zelf hoe spicy en garlicky de salade wordt.

Koreaanse aubergine salade: steam it!

Koreaanse aubergine salade
Koreaanse aubergine salade: gemaakt met ‘gewone’ aubergines uit je Hollandse supermarkt smaakt ie ook heerlijk hoor.

Eigenlijk hoor je de langwerpige paarse Koreaanse aubergines voor dit gerecht te gebruiken, maar de bekende bolle aubergines uit de supermarkt om de hoek doen het ook prima. Deze zijn iets steviger en wat minder zoet dan de Koreaanse aubergine, maar dat vind ik zelf geen enkel probleem. Het belangrijkste is dat je de aubergines lang genoeg stoomt zodat ze niet meer rauw zijn, maar let ook op dat je de groente op tijd uit het stoommandje vist omdat je anders met papperige aubergine op je bord eindigt: allebei erg onaangenaam. Dit voorkom je door a) bij je stoommand te blijven staan en de boel nauwlettend in de gaten te houden en b) de aubergines in even grote stukken te snijden.

‘Traditioneel’ gezien moeten de aubergines namelijk in grote stukken worden gestoomd en daarna in repen worden gescheurd. Omdat hierdoor de kans groot is dat je je vingers brandt tijdens het scheuren (als je net als ik ongeduldig bent en niet wacht totdat de stukken aubergine iets zijn afgekoeld) en het moeilijker in de schatten is wanneer de aubergine goed gaar is snijd ik de boel vóórdat het de stoommand in gaat al in bite-size stukjes. Dan kan er niets fout gaan. Niets. Nou ja, je kunt je bekkie branden omdat je hongerig een stukje aubergine direct uit de stoommand in je mond propt.

Je kunt deze Koreaanse aubergine salade als lichte lunch eten, maar ook samen serveren met o.a. de spinazie namulkomkommer sangchaeKorean Fried Chicken, bulgogi of bossam. Dat wordt gegarandeerd feest!

Ingrediënten voor 2-4 personen (als bijgerecht)

1 grote aubergine (ongeveer 300 gram)

Dressing:

1 bosui, in dunne ringetjes gesneden

1 teentje knoflook, geperst

1-2 theelepels sesamolie

halve theelepel suiker

1 theelepel rijstazijn

1 theelepel gochugaru

1 theelepel sesamzaad

1 eetlepel sojasaus

To do:

Zet de stoommand in een pan met een laagje kokend water. Snijd de aubergine in stukken van ongeveer 4 centimeter lang en 1,5 centimeter dik. Zorg ervoor dat alle stukken aubergine wel een stuk schil hebben.

Doe de stukjes aubergine in de stoommand en stoom gaar, maar niet zo lang dat ze heel slap en papperig worden. Dit duurt ongeveer 5 minuten, maar dit hangt ook van jouw smaak af. Blijf dus bij de stoommand staan.

Meng ondertussen alle overige ingrediënten voor de dressing. Haal de auberginestukjes uit de stoommand en doe in een grote kom. Laat iets afkoelen en giet de dressing erover. Meng goed door elkaar. Eet de Koreaanse aubergine salade lauwwarm.

Koreaanse aubergine salade
Koreaanse aubergine salade: gezond, pittig en lekker veel knoflook.

 

 

Indien je geen stoomfan bent of bang bent dat je de aubergine tot moes laat koken kun je de aubergine ook roerbakken. In dat geval heet deze Koreaanse aubergine salade dan officieel gaji bokkeum.

kikkererwtensoep

Snelle kikkererwtensoep met tomaat

Ja mensen, hier een verse niet verse soep. Ja. Ik maak de soep zelf, dus het komt niet in poedervorm uit een zakje, maar de ingrediënten komen nou niet bepaald direct van het land. De hoofdingrediënten, kikkererwten en tomaat, komen namelijk uit mijn (stoffige) voorraadkast én uit blik. Smerig? Nee. Hier maak je echt de lekkerste (en snelste) kikkererwtensoep van.

snelle kikkererwtensoep met tomaat
snelle kikkererwtensoep met tomaat

Deze kikkererwtensoep is denk ik de enige soep die ik geregeld maak waar geen enkele verse groentesoort in zit. Tegen de teleursgestelde direct-van-het-land-etende-lezer: hier heb ik goede redenen voor. Kikkererwten gebruik ik negen van de tien keer uit blik omdat ik geen tijd en zin heb om gedroogde kikkererwten een nacht te laten weken. Meestal weet ik ’s avonds pas dat ik diezelfde avond kikkererwten op mijn bord wil, dus dan schiet je met braaf weken niets op en eindig je met een leeg bord. Tomatenblokjes uit blik (mits je de goede blikken gebruikt) zijn op dit moment beter dan verse tomaten: ze hebben veel meer smaak. Chefs gebruiken ook dikwijls passata en tomatenblokjes vanwege de intensere smaak dan verse exemplaren, dus ik doe dat gewoon ook. Maar de belangrijkste reden waarom ik deze soep graag eet is omdat het een comfortsoep is die je altijd kunt maken wanneer je na een lange werkdag een lege koelkast treft en je geen puf meer hebt om naar de supermarkt te strompelen. I-de-aal. Deze kikkererwtensoep wordt jouw nieuwe Meatless Monday- (of Tuesday-, of Wednesday-) soep, let maar op!

De vriend zag het helemaal niet zitten (“oh, kikkererwtensoep” en stak afkeurend zijn tong uit) en vroeg zich angstig af of het “weer een Turkse soep” was die hij om van te spugen- zo vies- zou vinden (lees het hier). Na een theelepeltje opgeslurpt te hebben werd de kikkererwtensoep op normaal tempo naar binnen gewerkt en zei de vriend opgelucht dat het net een linzensoep was. En dat klopt ook wel, qua smaak komt deze kikkererwtensoep overeen met de (Turkse!) linzensoep die een vast onderdeel van ons wintermaalrepertoire vormt. Alleen is deze soep binnen een kwartier klaar en staat ie dus sneller op tafel dan de variant met linzen én de meeste afhaalmaaltijden- en dit vind ik altijd wel een fijn idee.

Ingrediënten voor 4-6 personen:

1 ui, grof gehakt

3 tenen knoflook, grof gehakt

1 theelepel komijnpoeder

1 theelepel (gerookt) paprikapoeder

½ rode peper, in ringen gesneden (of laat weg)

2 blikken kikkererwten van 400 gram, afgespoeld en uitgelekt

2 blikjes tomatenblokjes van 250 gram

750 milliliter groente- of kippenbouillon

3 eetlepels platte peterselie, fijngehakt

Sap va een halve tot hele citroen

Zout en peper

olijfolie

Optioneel: dikke yoghurt

To do:

Zet een grote soeppan met een flinke scheut olijfolie op het vuur. Bak de ui en knoflook op laag tot middelhoog vuur zacht. Voeg de komijn, paprikapoeder en rode peper toe. Bak nog 1-2 minuten door. Voeg de tomatenblokjes en bouillon toe. Breng zo nu en dan roerend aan de kook.

Zodra de soep kookt voor je de kikkererwten toe. Laat 2 minuten doorkoken. Pureer met een staafmixer. Breng op smaak met zout, peper en citroensap. Schep in kommen, voeg een lepel yoghurt toe en bestrooi met wat gehakte peterselie.

snelle kikkererwtensoep met tomaat
snelle kikkererwtensoep met tomaat
Tabouleh

Tabouleh met amandelen en granaatappelpitjes

Fris en voedzaam, zo zou ik tabouleh graag omschrijven. Tabouleh (ook wel taboulé) is een Libanese salade waar bulgur en peterselie de hoofdrol in spelen. Eerder heb ik een vergelijkbare salade op Sesu Chops gezet, namelijk de Turkse kısır, die ik mezelf en anderen regelmatig voorschotel.

Het vernaamste verschil tussen de tabouleh en kısır is de tomaten- en/of peperpasta die aan de Turkse bulgursalade wordt toegevoegd waardoor die lekker rood en spicy wordt. Daarnaast bevat tabouleh in verhouding veel meer peterselie dan bulgur in vergelijking tot de Turkse versie. Tabouleh is daarom (wat mij betreft) lichter en frisser, en eerder een peterseliesalade dan een bulgursalade. Hoe dan ook, beide salades vind ik fijn om als lunch te eten of als bijgerecht tijdens het avondeten. Het allergrootste voordeel aan tabouleh (en kısır) is wat mij betreft dat je de hoeveelheden makkelijk kunt opschalen en zo een enorme schaal met lekkers voor 30 man op tafel kan hebben staan. Feestvoedsel om te onthouden dus.

Tabouleh zal je waarschijnlijk niet snel vervelen omdat je eindeloos kunt varieren met de ingrediënten. Zo lang er maar peterselie, munt, bulgur, (bos)ui en tomaat doorheen zit, zit je goed. Voeg vervolgens naar hartenlust ingrediënten toe waar je zin in hebt. Zie hier bijvoorbeeld een fijne tabouleh met amandelen en granaatappelpitjes voor wat extra crunch en een zoet-zure touch. Tip: serveer de tabouleh met kip en wat brood dat je in een bak vol hummus dipt voor het complete plaatje. Enne, maak een grote batch, want restjes tabouleh kun je prima in de koelkast bewaren en de volgende dag achter je bureau naar binnen schuiven. Hatsa!

Ingrediënten voor 4 personen (ben je niet van plan er wat bij te eten, dan is dit recept goed voor 2 personen):

100 gram fijne bulgur

3 grote, rijpe tomaten

4-6 bosuitjes

¼ theelepel kaneel

¼ theelepel gemberpoeder

¼ theelepel gemalen korianderzaad

150 gram platte peterselie

30 gram muntblaadjes

6-8 eetlepels olijfolie

sap van halve citroen (naar smaak meer)

2 eetlepels granaatappelmelasse (optioneel, je kunt ook meer citroensap gebruiken)

50 gram blanke amandelen

2 eetlepels granaatappelpitjes

zout en peper

To do:

Doe de bulgur in een kom. Giet er kokend water overheen totdat het net onder staat. Dek af met een bord of deksel en laat 20 minuten staan.

Rooster de amandelen in een droge pan lichtbruin. Laat afkoelen en hal grof door.

Snijd de tomaten in kleine stukjes en verwijder de zaadlijsten. Daarna snijd je de bosuitjes in dunne ringen. Was vervolgens de peterselie en munt en dep droog. Hak fijn. Doe alles in een grote kom. Voeg de specerijen toe. Roer de bulgur los met een vork en schep in de kom moet tomaten, bosui en kruiden. Schep goed om en voeg citroensap en olijfolie toe. Indien je granaatappelmelasse gebruikt, voeg het dan toe (anders gebruik je wat meer citroensap). Breng op smaak met zout en peper. Schep op het laatste moment de amandelen en granaatappelpitjes door de tabouleh.

Tabouleh
Tabouleh met amandelen en granaatappelpitjes: een crowd pleaser!

 

 

Turkse yoghurtsoep (yayla çorbası)

Meneer de vriend was ziek en lag als een slappe lappenpop in bed, met zijn laptop op schoot en een strip ibuprofen en een kop thee binnen handbereik. Daar lag ie dan de hele dag te balen en ik verpleegde hem zo nu en dan. Maar dan wel op de Sesu-manier en dus door zieke-mensen-eten te bereiden. In dit geval Turkse yoghurtsoep, yayla çorbası, die naast een goede smaak ook een geneeskrachtige werking schijnt te hebben- met nadruk op “schijnt”. Want ik zeg het maar meteen: hier knapte de zieke vriend niet van op.

Eerst even wat meer over het gerecht: yayla çorbası staat in Turkije bekend als een fijne comfort soep om de winter mee te door te komen, maar dus ook als dé soep om zieken weer op de been te helpen. De combinatie van munt, yoghurt en krachtige kippenbouillon doet wonderen, en daarnaast zorgt de rijst in de soep ervoor dat het echt krachtvoer wordt. Het schijnt zelfs dat deze yoghurtsoep ook op veel menukaarten in Turkse ziekenhuizen is te vinden. Het leek me dus een puik plan om de vriend met zo’n supersoep snel weer beter te laten voelen zodat ik ‘m weer blakend van gezondheid naar zijn werk kon zien fietsen. Toegegeven, ik zette deze Turkse yoghurtsoep ook op tafel omdat ik ‘m zelf zo lekker vind in de winter: hij is zo fijn zacht, romig en lichtzuur! Ik vind het als yoghurtliefhebber bijzonder dat yoghurt ook echt de hoofdrol in deze soep speelt. Meestal wordt het op het laatste moment nog toegevoegd aan soepen, bij linzensoep bijvoorbeeld, maar het vormt nooit de basis.

Daar stond ik dan in een grote pan te roeren met genoeg Turkse yoghurtsoep voor een heel gezin. Het huis rook heerlijk naar kippenbouillon en munt. Nadat ik twee dampende koppen op tafel te had gezet probeerde de zieke meneer een voorzichtig lepeltje van mijn helende Turkse yoghurtsoep op te slurpen. Hij trok een vies gezicht, legde de lepel neer, zei “bah” en kroop snel terug in bed.

Tja, dat kan dus ook gebeuren. De vriend vindt warme yoghurt en rijst een verschrikkelijk onprettige combinatie, terwijl ik dat juist geniaal vind. Smaken verschillen dus, olé! Probeer deze Turkse yoghurtsoep eens zelf te maken en decide for yourself. De soep bevat weinig ingrediënten en kost vrijwel niets, dus het enige wat je kan overkomen is dat je de soep moet laten staan wanneer je ‘m niet lust. De vriend is overigens na dit mislukte oppep-diner nog 3 dagen ziek geweest. Dat komt natuurlijk omdat hij zijn bord (soepkom) niet had leeggegeten-ha.

Ingrediënten voor 4 personen

350 milliliter Turkse yoghurt

1 eierdooier

2 eetlepels bloem

80 gram rijst

200 milliliter water

750 milliliter kippenbouillon

2 eetlepels boter

1 eetlepel verse muntblaadjes

optioneel: pul biber of andere rode chilivlokken

To do:

Doe het water, de kippenbouillon en de rijst in een grote pan en breng aan de kook. Meng ondertussen in een andere kom de yoghurt, bloem en eierdooier goed door elkaar.

Wanneer de rijst zacht is voeg je ongeveer drie eetlepels bouillon aan het yoghurtmengsel toe. Roer goed door. Draai het vuur onder de pan met rijst laag en schenk al roerende het yoghurtmengsel door de rijst en bouillon. Breng al roerend tot net onder het kookpunt. Wanneer de soep wat dikker is, is hij klaar om te serveren. Vind je de soep te dik, voeg dan wat water toe. Breng op smaak met zout en peper, doe het deksel op de pan en zet apart.

Smelt de boter in een steelpannetje. Hak ondertussen de verse muntblaadjes en roer door de gesmolten boter. Schep de soep in kommen en verdeel de gesmolten muntboter er overheen. Bestrooi eventueel met wat pul biber. Eet smakelijk (of, eh… mischien ook niet).

Turkse yoghurtsoep
Turkse yoghurtsoep: yayla çorbası. Lust jij ‘m?