Dit is een van mijn favoriete desserts of afternoon tea treats: de mini pavlova. Ik ben dol op meringue omdat het eiwitschuim zo bijzonder licht is en lekker wegsmelt op de tong, maar ik ben vooral zo’n zo’n meringuefanaat vanwege de magische wijze waarop slijmerige, onappetijtelijk uitziende eiwitten binnen een paar minuten in een zijdezachte, sneeuwwitte wolkenmassa veranderen. Ware tovenarij!
Daarnaast is de pavlova een grote favoriet omdat ze is vernoemd naar Anna Pavlova, een wereldberoemde balletdanseres die vooral bekend werd door haar vertolking van de Stervende Zwaan. Als mislukte danseres die jaar in jaar uit pirouettes oefenden en benen langs haar oor legde (lang verhaal dat niet op een foodblog thuishoort) was Anna Pavlova tijdens mijn tienerjaren een van mijn dansidolen. Vandaag dag is het eten van de pavlova echter zo ongeveer het enige was mij nog met dansen verbindt: een spagaatje leggen kan ik niet meer, evenals een behoorlijke pirouette. Maar de pavlova eten lukt me aardig en om mezelf in bescherming te nemen maak ik in plaats van grote pavlova’s kleine éénpersoonsvarianten. Zo eet ik niet één zo’n gigantische plak meringue met room en fruit op, maar een kleine (dat voelt toch beter). Andere voordelen van deze miniversie zijn de mogelijkheid om ze makkelijk in een luchtdichte bak te bewaren (zo verras je een onverwachte gast nog eens met iets moois) en het visuele aspect: allemaal mini pavlova’s met kleurrijk fruit op tafel ziet er toch wel erg vrolijk uit.
Ik zal het kort verder houden: splits die eieren nou maar (en gebruik het overgebleven eigeel in een quiche of een homemade lemon curd- niet weggooien!) en kloppen die handel. Ik beloof je: deze mini pavlova’s zijn echte show stoppers en smaken hemels. Je zou er bijna een dansje van gaan doen, zo lekker.
Ingrediënten voor ongeveer 20 mini pavlova’s
4 eiwitten
Een snufje zout
235 gram suiker
2 afgestreken theelepels maïzena
1 theelepel witte wijnazijn
Een halve theelepel vanille extract of het merg van 1 kleine vanillepeul
250 milliliter slagroom
200 gram granaatappelpitjes (of fruit naar keuze)
To do:
Verwarm de over voor op 180 graden. Bedek twee bakplaten met bakpapier. Doe de eiwitten in een grote, vetvrije kom met een snufje zout. Klop de eiwitten totdat er kleine pieken ontstaan. Voeg dan lepel voor lepel de suiker toe. Wacht na elke toevoeging totdat de suiker is opgenomen voordat je meer suiker erbij doet. Blijf de eiwitten kloppen totdat ze stijf zijn en gaan glanzen. Schep dan met een spatel de maizena, vanille en de witte wijnazijn erdoor.
Doe het eiwitschuim in een spuitzak en spuit hoopjes met een diameter van 5 a 6 centimeter op de met bakpapier beklede bakplaten. Houd genoeg ruimte tussen de pavlova’s, want ze zetten nog wat uit in de oven. Maak met de bolle kant van een eetlepel kleine kuiltjes in het midden van de hoopjes schuim: daar komt later de room in.
Schuif de bakplaten in de oven en draai de temperatuur van de oven meteen lager naar 150 graden. Bak de minipavlova’s in 30 minuten droog: let erop dat ze niet bruin worden. Zet de oven desnoods lager. Zet na 30 minuten de oven uit, maar laat de mini pavlova’s nog een half uur in de oven staan. Haal ze daarna eruit en laat volledig afkoelen op een cakerek of verplaats ze op het bakpapier naar het aanrecht.
Klop de slagroom met twee theelepels suiker. Vul een spuitzak met de room en spuit in het kuiltje van de pavlova’s. Bedek de room met wat granaatappelpitjes (of ander fruit) en serveer op een grote schaal.
